Over winterhardheid
|
Voor u nu misschien enthousiast al uw bestaande planten uitspit en deze de buurvrouw aanbiedt, raden wij u aan eerst de volgende zaken in overweging te nemen. Afgezien van het feit, dat u misschien een aantal planten nog prima kunt gebruiken om te combineren met uw nieuwe exoten is het verstandig eens na te gaan hoe uw kansen liggen wat betreft overleving van uw exoten in uw tuin. Hoe is uw tuin gelegen? Beschut tussen de huizen, aan de kust of open op het platteland in het binnenland waar de gure oostenwind vrij spel heeft?
In
onze plantenlijst geven wij als leidraad vaak een minimum temperatuur
aan, die de plant nog doorstaan kan. Onthoud dat dit niet meer dan een
indicatie is, die af kan wijken afhankelijk van de situatie. Schrale
wind en zon kunnen een plant bij -10 graden C meer schade berokkenen,
dan windstil winterweer bij -18 graden C. Ook andere factoren spelen
een rol. De duur van de vorstperiode, de drainage van de bodem, de
windkracht,
de luchtvochtigheid etc. Een echt winterharde plant trekt zich van dit
alles niets aan. Dat wil niet zeggen dat een plant altijd wintergroen
blijft. Sommige gevoelige bamboesoorten kunnen bladschade oplopen, dwz:
het blad wordt geheel of gedeeltelijk bruin of valt af. De meeste komen
probleemloos weer terug door aanmaak van nieuw blad en door uitgroei van de ondergrondse rhizomen
(wortelstokken). Een pas aangeplante jonge plant is veel kwetsbaarder
dan een gesettelde volwassen plant. Als uw tuin is gelegen in de buurt
van de kuststreek heeft u in principe gunstigere omstandigheden voor
uw exotische planten, omdat het daar door de invloed van de zee eenvoudig
gemiddeld minder koud wordt dan in het binnenland. Toch zijn er nog
andere plaatsen met gunstigere klimaatomstandigheden voor uw exotische
planten, zoals de grote steden. Bij
palmen is het 't beste de bladerkroon bijeen te binden, vooral
ook ter bescherming van de groeipunt, die liefst zo droog mogelijk moet
blijven. Bij aanhoudende strenge vorst bescherming van bv. een rietmat
aanbrengen, eventueel noppenfolie, maar let op: Deze bescherming
moet weer geopend worden , zodra de vorst is afgenomen!
Hiermee voorkomt u schimmel of zelfs verrotting van de groeipunt! Probeer ook zoveel mogelijk te voorkomen dat de planten overbemest - en dus te lang doorgegroeid met slappe, niet goed afgeharde takken - de vorstperiode ingaan. Ook is het niet prettig voor een plant wanneer na een flinke regenperiode meteen een stevige vorstperiode begint. De bodem is dan kletsnat en de vorst dringt diep in de grond door tussen de wortels...Probeer dus zonodig de grond wat luchtig te houden door er bijvoorbeeld zand, turf en eventueel grind door te mengen. ' t Is wat werk, maar de beloning ontvangt u in het voorjaar als u met voldoening ziet dat u uw bananenboom toch weer ziet verrijzen en uw palm zijn nieuwe blad weer ontplooit!
Op bovenstaande foto's
is te zien, hoe wij een flinke pol Musa basjoo bestaande uit meerdere stammen inpakken voor
de winter.
Eerst worden de grote bladeren afgekapt, de pseudostammen trekken we wat bij elkaar met een spanbandje. Dan plaatsen we bamboestokken rondom en binden die in de top bij elkaar. Resultaat: een soort wigwam. Onderin de wigwam komt een flinke laag blad, stro o.i.d. Hierop leggen wij een stuk kerstlichtslang (in dit geval 2 van 5 meter) als warmteafgiftebron. De slang ligt gewoon willekeurig wat losjes op de stro/bladlaag, echter niet tegen of om de stammen heen. Buitenlangs omwikkelen wij het geheel daarna met krimpfolie en de warme tent is klaar . Thermometertje a.d. de binnenkant is afleesbaar door de transparante folie. De kabel is alleen aan bij vorst. Bij langdurige strenge vorst slaan we tijdelijk nog een extra dekentje om de tent heen. (noppenfolie, oud stuk vloerbedekking o.i.d.)
Deze methode passen we niet op alle
bananen toe. Het gaat wel redelijk vlot , maar dat is door de vele
andere planten ons toch te veel werk.
Eén soortgelijke banaan doen we ook
ongeveer zo, maar maken dan met transparante golfplaten een
cilindervorm met een speciekuip over de kop.(zie foto links onder) Er
zijn w.s. nog veel meer variaties mogelijk, maar dit is zoals wij het
doen.
De overige bananen worden
lager afgekapt en krijgen een strobescherming ook omwikkeld met
krimpfolie om de boel droog en
De eerste methode is voor ons puur om
sneller in het voorjaar weer een grote plantengroep te hebben staan en
tevens de beste methode om de planten in bloei te krijgen.
Ook voor Musa sikkimensis een prima methode. Op andere plaatsen experimenteren wij ook met het HELEMAAL NIET inpakken van Musa basjoo (Sakhalin). De ingevroren horsten hebben dan hooguit wat bescherming van de natuurlijke omgevingsbladval. De planten zullen niet gauw de hoogte krijgen als de planten, die winterdek hadden, maar gebleken is dat dit mogelijk is bij oudere horsten, bij een niet al te strenge winter.
LET OP: de winterhardheid, aangegeven bij sommige planten, geldt niet voor planten in een pot; voor deze planten geldt, dat de kluit nooit door en door mag bevriezen!
|